De wolf en het Roodkapjesyndroom

Ravotten in de natuur is goed voor de gezondheid. Volgens onderzoek van de Finse ecoloog Ilkka Hanski hebben kinderen die opgegroeid zijn in een omgeving met een hoge biodiversiteit op latere leeftijd minder last van allergieën. De natuur zou dus wel eens essentieel kunnen zijn voor onze afweer. De overheid stelt vanaf dit jaar vierhonderd miljoen euro beschikbaar voor de Nederlandse natuur. Maar wordt dit geld wel goed besteed? Wetenschappers doen veel onderzoek naar effectiviteit van natuurbeleid. De komende maanden legt een commissie de nieuwe natuurwet “Mooi Nederland” aan de Tweede Kamer voor. Ondertussen gaat het goed met de wilde roofdieren in Europa. Na de val van de muur en door betere bescherming nemen de aantallen van bruine beren, lynxen en wolven toe. Volgens biologen zal het niet lang duren voordat de wolf naar Nederland komt. Het roofdier rukt op vanuit Duitsland en Italië en is al gesignaleerd in de buurt van Hamburg. Natuurbeschermingsorganisaties en wolvenliefhebbers zijn enthousiast. Maar kunnen wolven en mensen wel samenleven?

“Wat de wolf betreft zijn jullie zijn nog in de wittebroodsweken, wij zijn allang getrouwd.” De Zweedse bioloog , Göran Ericsson waarschuwt voor teveel enthousiasme. In Zweden richten wolven veel schade aan. Zo doodt de wolf rendieren, de inkomstenbron van de het herdersvolk Sami, de oorspronkelijke bevolking van Lapland. Zij zijn de wolf daarom liever kwijt dan rijk en hebben het dier altijd bejaagd. Maar de EU heeft dit verboden omdat de wolf een beschermde diersoort is. Als de wolf zich in Nederland vestigt komen we er dus niet meer vanaf. Dat lijkt niet zo erg, volgens onderzoek van het ministerie van Economie, Landbouw en Innovatie heet 45 % van de Nederlanders de wolf welkom. Maar dat zou volgens Ericsson wel eens snel kunnen veranderen. “Een wolf doet wolvendingen. En dan worden mensen minder positief.”

Deze uitzending van het programma Labyrint met de titel De wolf en het Roodkapjesyndroom is uitgezonden op zondag 24 maart door de VPRO.