Documentaire uit 2002 van
Paul Justman over The Funk Brothers, de huismuzikanten van het bekende Motown Label uit Detroit. De grootste hitmachines uit de popgeschiedenis waren niet The Beatles, The
Rolling Stones of Elvis, maar een groep muzikanten die altijd onbekend is gebleven bij het grote publiek: The Funk Brothers. In 1959 zette Berry Gordy, de oprichter van Motown Records, de beste jazz- en bluesmusici uit de Detroit-scene bij elkaar, waarna deze achtergrondband de komende veertien jaar meespeelde op de ene hitsingle na de andere: 'I can't help myself', 'Heatwave', 'I heard it through the grapevine', 'Stop in the name of love', 'What becomes of the broken hearted'. Een onooglijke kelder in een klein huis deed dienst als studio, bijgenaamd 'The snakepit', later omgedoopt tot Hitsville USA. Standing in the shadows of Motown is gebaseerd op het gelijknamige boek van Alan 'Dr. Licks' Slutsky, die ook optreedt als producent en music supervisor. Muziek van
Smokey Robinson, The Supremes en
Marvin Gaye is te horen en muzikanten als
Martha Reeves en
Stevie Wonder passeren kort de revue, maar het zwaartepunt ligt bij de muzikanten zelf: unsung heroes als
Joe Hunter, Jack 'Black Jack' Ashford,
Richard 'Pistol' Allen,
Johnny Griffith,
Bob Babbitt,
Uriel Jones,
Joe Messina,
Eddie Willis. De meeste bandleden leven nog en vertellen vermakelijke verhalen uit de oude doos, waarmee een gat in de popgeschiedenis wordt opgevuld. Een groot deel van de documentaire is gewijd aan een reünieconcert van The Funk Brothers, met gastzangers als
Bootsy Collins,
Chaka Khan,
Ben Harper en
Joan Osborne.
Deze uitzending met de titel Standing in the Shadows of Motown werd uitgezonden op zaterdag 12 maart.