Uitzending
Het Vermoeden - Bas Plaisier

Bas Plaisier

Het Vermoeden

8-6-2008

| 1836 x bekeken | 0 reacties
6
Op vrijdag 6 juni 2008 heeft Bas Plaisier afscheid genomen als eerste scriba van de PKN. In verband hiermee zendt de IKON op zondag 8 juni een herhaling uit van het programma Het Vermoeden, waarin Plaisier te gast was. Dit wordt rond 11.30 uur gevolgd door een reportage van het afscheid en beelden van de afscheidsdienst in de Domkerk in Utrecht.

Na ruim veertig jaar met veel vergaderwerk was de oprichting een feit van de Protestantse Kerk in Nederland (PKN). Dit mede dankzij de inspanningen van de scriba (secretaris) van deze kerk, Bas Plaisier. Al verloor zelfs deze rasoptimist bij tijd en wijle wel eens de hoop op een goede afloop, momenten waarop zijn medewerkers hem toeriepen: "Bas, als jij er al niet meer in gelooft, wat moeten wij dan nog!" Presentator Annemiek Schrijver praat in Het Vermoeden met Bas Plaisier over zijn voortrekkersrol en zijn inspiratiebronnen. Ook is het de vraag wat de samenleving van de PKN mag verwachten.

Bastiaan Plaisier wordt in 1946 geboren in een zeer orthodox Nederlands-hervormd milieu te Hendrik-Ido-Ambacht. Zijn familie is lid van de Gereformeerde Bond. Na de lagere school gaat Bas naar de Mulo in Zwijndrecht, waar hij besluit onderwijzer te worden. Aan de Christelijke Kweekschool te Dordrecht haalt hij zijn hoofdakte ‘onderwijzer’. Inmiddels zijn de ambities veranderd: hij wil predikant worden. Om toegelaten te worden tot de studie theologie aan de Universiteit van Utrecht volgt hij in Doorn lessen Grieks en Latijn. Tijdens zijn studie komt hij sterk onder de invloed te staan van de hervormde theoloog A.A. van Ruler. Diens theocratische theorie stelt dat er geen scheiding mag bestaan tussen enerzijds het persoonlijke zielenheil en anderzijds de maatschappij. Beide behoren tot de ene door God beheerste werkelijkheid.

Na zijn afstuderen treedt Plaisier in dienst van de Gereformeerde Zendingsbond (GZB) in de Nederlands Hervormde Kerk. Sinds 1901 houdt de GZB zich bezig met zendingswerk buiten Nederland, te beginnen in het voormalige Nederlands Oost-Indië op het eiland Celebes (nu Sulawesi) onder het volk van de Toraja's. In 1977 vertrekt Plaisier naar Sulawesi waar hij als docent Nieuwe Testament en dogmatiek betrokken is bij de opleiding van Toraja-predikanten. Ook houdt hij zich bezig met vraagstukken over het evangelie in relatie tot de Torajacultuur. In mei 2003 vraagt Trouw Plaisier of de kerk niet haar verontschuldigingen aan de Toraja’s moet aanbieden, omdat zij hun belangrijke rituelen verbood. Plaisier antwoordt: "Integendeel. Ik ben juist heel trots op wat we daar hebben gedaan. Hoe star de Gereformeerde zendingsbond in Nederland ook was, daar waren ze heel tolerant. Ze zochten naar manieren om de Toraja-cultuur met het christendom te combineren. (..) Het waren trouwens vooral bekeerde Toraja's die aandrongen op het verbieden van bepaalde rituelen - om niet in verleiding gebracht te worden."

In 1984 keert Plaisier terug naar Nederland. Hij verwerkt zijn missionaire ervaringen en is van plan te promoveren. In 1987 wordt hij predikant in Den Haag-Moerwijk. Daar doet hij ervaring op in de samenwerking met andere kerken. Enthousiast werkt hij aan de federatie van twee hervormde en een gereformeerde gemeente. Over die tijd vertelt hij later: "De eerste keer dat we vanuit de verschillende windstreken in één ruimte samenkwamen voor een dienst was een hoogtepunt in mijn leven. Nooit méér dan op die momenten heb ik iets van de aanwezigheid van de Heer ervaren" (Trouw,20/02/02). In Moerwijk past hij zijn overtuiging dat Jezus Christus verkondigd moet worden aan hen die Hem nog niet kennen toe op het kinderwerk. Het pastorale werk onder kinderen is volgens Plaisier een missionaire activiteit. Het kinderwerk wordt een succes; na verloop van tijd komen er meer jongeren in de kerk.

In 1993 promoveert dominee Plaisier aan de Universiteit Utrecht. Zijn promotor is prof. dr. Jan Jongeneel. De titel van zijn proefschrift luidt: Over bruggen en grenzen. De communicatie van het evangelie in het Torajagebied (1913 - 1942).

Voorjaar 1997 wordt hij gekozen tot scriba van de Nederlandse Hervormde Kerk (ruim 1.900.000 leden). De verwachtingen zijn hooggespannen. Plaisier moet de NH-Kerk weer smoel geven. Ook wordt van hem verwacht dat hij alle protestantse kerken weet te inspireren om zich te verenigen. "Als het hem niet lukt, lukt het niemand", zeggen zijn bewonderaars. Plaisier waarschuwt: "Ik ben geen protestantse paus."

Op 14 oktober 1997 van dat jaar geeft hij aan Trouw een interview dat veel stof doet opwaaien. Plaisier zegt dat christenen de opdracht hebben aan niet- en andersgelovigen te vertellen "wie Christus voor ons is, maar bovenal wie hij voor hen wil zijn." Niet iedereen in de HVK deelt die mening. Vrijzinnig-hervormd predikant H. Buning bijvoorbeeld vindt Plaisiers oproep tot missie misplaatst. "In plaats van te gaan roepen dat de kerk weer missionair moet zijn, zou hij zich moeten afvragen met wat voor een wereld we te maken hebben. Nederland aan het einde van de 20ste eeuw is niet hetzelfde als de wereld van de Toraja, die Plaisier als zendeling kent. In plaats van de wereld te vertellen wat wij geloven, moeten we de wereld beter leren kennen", aldus Buning (Trouw, 17 oktober 1997). Josien Folbert, staffunctionaris van de NH-Kerk voor de relatie moslims-christenen heeft het "wat moeilijk" met Plaisier zendingsoproep. "Als het ter sprake komt, vertel ik wel wat Christus voor mij betekent. Maar ik voel mij niet geroepen een moslim duidelijk te maken wat Christus voor hem zou kunnen zijn. Op zo’n manier wil ik toch ook niet door een moslim aangesproken worden" (Trouw, 17/11/97)

Plaisier, een man van het midden, wordt in 1999 door de SoW-kerken gekozen tot hun scriba. Zijn opdracht is helder maar zwaar: de voltooiing van het fusieproces. "We mogen niet terug. Dat is de spiritualiteit van Samen-op-weg. Het is een roeping van het evangelie. We moeten die weg van de gehoorzaamheid gaan", zegt Plaisier (Trouw, 20/02/02). In 1986 besloten de hervormde en gereformeerde synodes ‘in staat van hereniging’ te zijn. Zij lieten weten echt te streven naar een nieuwe eenheidskerk. In 1990 sloten de Nederlandse lutheranen zich bij het proces aan. Gedrieën zijn zij ‘samen op weg’ naar één protestantse kerk.

Het fusieproces gaat niet over rozen. Herhaaldelijk melden verontruste gelovigen en gemeenten zich en verklaren dat ze de kerkversmelting verfoeien. Maar Plaisier blijft met de tegenstanders in gesprek. Daarbij wil hij tot het uiterste gaan. Achteraf zegt hij in een ANP-interview: "Ik denk dat we niet meer hebben kunnen doen dan we hebben gedaan. De meeste vergaderingen van bezwaarden hebben we bezocht. Ik werd er wel eens triest en wanhopig van. Wat we ook zeiden, we kwamen niet veel verder." Het gesteggel hoort volgens Plaisier bij het kerk-zijn. Toch wil hij het niet te negatief duiden. Liever spreekt hij van ‘polderen’. "Het poldermodel is in de protestantse kerken uitgevonden. Al sinds de 16e eeuw proberen we door voortdurend overleg de kerk bij elkaar te houden."

Plaisier is niet bang voor de theologische geschillen die ongetwijfeld binnen de PKN zullen opkomen. Hij houdt er zelfs rekening mee dat de fusie scheuringen zal veroorzaken. Maar dat hoort bij het protestantisme: "Verenigen zijn wij protestanten niet gewend, het omgekeerde wel" (ANP, 2/12/02). Het gaat in de kerk niet om theologie of om allerlei dogma’s en belijdenisgeschriften, vindt hij. "Als theologiestudent corrigeerde iemand me eens door te zeggen: Onze Lieve Heer heeft geen advocaten nodig, maar getuigen. Het gaat om een levende relatie met God waar je iets aan beleeft en die je inspireert tot een bepaalde manier van leven: zorgzaam, eerlijk, behulpzaam en betrouwbaar te zijn. Daar gaat het om, niet om de theologie en de dogmatiek, o nee" (VolZin, 3/12/03).

Deze uitzending van het programma Het Vermoeden met de titel Bas Plaisier is uitgezonden op zondag 8 juni door de IKON. Te gast was Bas Plaisier. De presentatie was in handen van Annemiek Schrijver.
(ter verificatie, je kunt ook inloggen) Plaats reactie